Immunokun 220 g

Beta-glucanen zijn PAMP-moleculen (Pathogen Associated Molecular Patterns) die fungeren als modificatoren van de immuunrespons. Ze activeren lokale macrofagen en dendritische cellen om positief het MHC klasse II te reguleren en de secretie van cytokinen (TNF-α, IL-2, IL-10 en IL-12) te verhogen, waardoor ze antigenen efficiënt kunnen presenteren aan T-lymfocyten en een effectieve immuunrespons kunnen starten. Beta-glucanen stimuleren een nieuw concept genaamd getrainde immuniteit of aangeboren immuun geheugen, waardoor macrofagen, monocyten en natuurlijke killercellen een grotere responscapaciteit tonen bij hernieuwde blootstelling aan pathogenen, zowel op spijsverteringsniveau als systemisch niveau.

Lysine heeft indirect antivirale eigenschappen tegen het feline herpesvirus type 1 (FHV-1). Cellen die geïnfecteerd zijn met FHV-1 hebben arginine in de omgeving nodig voor virale replicatie. Lysine is niet nodig voor virale groei, maar wanneer het aanwezig is, heeft het een gedeeltelijk remmend effect op de replicatie van FHV-1, vanwege competitieve remming van arginine. Suppletie met lysine in de vroege fase van de infectie vermindert de virale replicatie, wat resulteert in minder ernstige conjunctivitis en luchtwegproblemen.

Voorloper van glutamine, beschouwd als een voorwaardelijk essentieel aminozuur, nodig tijdens het herstel van de darm. Als voorkeursenergiesubstraat voor snel delende cellen is glutamine noodzakelijk om de integriteit van het darmslijmvlies en het darmgeassocieerde lymfoïde weefsel te behouden, waardoor darmatrofie en bacteriële translocatie worden voorkomen.

Verbetert het evenwicht van de darmmicrobiota. De concurrentie om voedingsstoffen, hechtplaatsen en de productie van antimicrobiële stoffen (korte-keten vetzuren, defensines, enz.) remmen de groei van pathogene bacteriën, terwijl ze de ontwikkeling van gunstige bacteriën bevorderen.

Ze vangen en verwijderen pathogenen uit het maagdarmkanaal, omdat ze fungeren als analogen van de receptoren voor type 1 fimbriae, aanwezig op gramnegatieve pathogene bacteriën (E. coli en Salmonella). Ze stimuleren ook het immuunsysteem door de secretie van IgA te verhogen en daardoor de lokale weerstand tegen antigeneninvasie te versterken.

Prebiotische component, wat betekent dat het de spijsvertering weerstaat en intact de dikke darm bereikt, waar het een energiebron vormt voor gunstige bacteriën (Lactobacillus spp, Bacteroides spp en Bifidobacterium spp), waardoor hun groei en/of activiteit wordt gestimuleerd. Als gevolg van de fermentatie neemt de productie van toxische stoffen (ammoniak en biogene aminen) af en neemt de afgifte van korte-keten vetzuren (acetaat, propionaat, lactaat en butyraat) in het darmlumen toe, waardoor de aanwezigheid van pathogene bacteriën (E. coli en C. perfringens) afneemt dankzij de verlaging van de colon-pH.

Ontsteking genereert een grote hoeveelheid vrije radicalen, die op hun beurt het ontstekingsproces versnellen. Vitamine E is een van de meest effectieve antioxidanten om de oxidatie van meervoudig onverzadigde vetzuren in celmembranen te beschermen. Het voorkomt de oxidatie van lipiden door peroxylradicalen te verwijderen voordat deze kunnen reageren met vetzuren of eiwitten in aangrenzende celmembranen.

Het is de krachtigste reducerende stof die beschikbaar is voor cellen. Vitamine C regenereert het enzym glutathion, neutraliseert vrije radicalen zowel intra- als extracellulair en beschermt tegen de inactivatie van eiwitten die wordt veroorzaakt door vrije radicalen geassocieerd met de oxidatieve breuk van neutrofielen.

Het werkt als cofactor van glutathionperoxidase, een antioxidant enzym dat weefsels beschermt tegen oxidatieve stress door de reductie van waterstofperoxiden en organische hydroperoxiden te katalyseren en door vitamine E te regenereren.

Het behoudt de functie en integriteit van de darmbarrière op het niveau van de tight junctions, waardoor de binnenkomst van antigenen, toxines en pathogene bacteriën die ontsteking veroorzaken, wordt voorkomen.